Racespecial: Auto is verlengstuk
Er is deze weken een radiocommercial over een goedkope auto van rond de acht mille ‘waarmee je niet van de snelweg wordt afgeblazen’, zegt de man enthousiast. Ik schat zo in dat zelfs mensen met een kleine portemonnee liever een grote tweedehands middenklasser kopen dan een klein (maar wel nieuw) ‘gebakje’.
BMW heeft in 2011 het beste eerste kwartaal in de historie gedraaid. Vredestein rijdt graag in auto’s met het blauw-witte (ronde) logo, omdat de auto’s zulke goede remmen hebben; voor normaal gebruik is een Skoda vast net zo goed. Auto’s, vervoersmiddelen, het doet iets met mensen, althans met veel mensen. Het is toch een verlengstuk van het mannelijk ego. Hoe groter de auto, des te kleiner de piemel van de eigenaar? Ik ben zelf bijna twee meter en ruim honderd kilo en wil vooral een ruime auto waarmee ik ook graag gemakkelijk de snelheidsgrenzen (in Nederland) kan overtreden. Ik rijd erg veel (meer dan zestigduizend kilometer per jaar) en vond mezelf een goede chauffeur – ik ben ook de vaste chauffeur op de vele (buitenlandse) voetbalreizen die ik met vrienden maak – maar ongeveer iedere chauffeur vindt van zichzelf dat hij erg goed kan rijden. Ik heb in heel veel verschillende
auto’s en op veel verschillende motoren gereden, bezoek af en toe de TT, Formule 1, heb slipcursussen gedaan, ik ben een van de weinige Nederlanders die een vlucht met een F16 heb gemaakt, kortom gepokt en gemazeld…
Tot ik bij Wim Samsen in de auto stapte.
Op uitnodiging van een businessclub heb ik onlangs de Porsche-fabriek in Leipzig bezocht. Mooi, geinig (chagrijnige dame omdat ik een paar foto’s maakte…), onvoorstelbaar schone fabriek, interessant museum waar alle ooit gemaakte modellen staan te pronken, kortom, de droom van heel veel mannen. En het wordt nog mooier: bij de fabriek ligt ook een racebaan. De man die Eastborn (slaapcomfort) groot maakte, tegenwoordig bestuurslid is van Heracles en investeert in startende ondernemers (zoals Wiggers Sportscars) is helemaal gek van auto’s. Hij heeft echt heel fraaie exemplaren (gehad). Wij mochten in een paar demonstratiewagens rijden. En Wim Samsen
kan echt rijden. Tussen heel veel (snelle) kilometers maken op de openbare weg, in Nederland, in het buitenland, in steden, op snelwegen en rijden op een circuit zit echt een wereld van verschil. Ik werd wit om de neus toen Samsen echt vele seconden sneller dan ik durfde en een rondje draaide. Ik weet nu nog beter wat ik kan en vooral niet kan. Dat laat onverlet dat ik nog steeds enthousiast over auto’s en de autosport ben. En toen Mario van Santen, Gerhard Nijboer en ik zaten te brainstormen over een speciale race-uitgave, was de beslissing snel genomen, vooral omdat veel adverteerders ook enthousiast blijken te zijn.
Nog geen reacties