Twentevisie Jaargang 17, 2005

‘Ik ben ervan overtuigd dat we over een aantal jaren blij zijn met Betuwelijn’

Overslagterminal in Hengelo wil uitbreiden

Willem van den Heuvel (links) is verantwoordelijk voor een niet
onbelangrijk deel van het containervervoer per binnenschip in Nederland.
Rechts zijn partner in Hengelo, Henk Bolk.

De files en de extreem hoge brandstofprijzen hebben ook een zonzijde: steeds meer verladers kiezen voor de binnenvaart. In Nederland zijn er zo’n twintig overslagterminals, maar de meeste leiden een marginaal bestaan. Willem van den Heuvel is namens de Binnenlandse Container Terminals Nederland bij een aantal overslagterminals betrokken. “Hengelo is een van de beste inlandterminals. En daarom willen we graag op korte termijn uitbreiden met een extra kade en een tweede kraan.”

Transporteur Henk Bolk (Almelo) is in Twente een van de aanjagers van de Twentse overslagterminal. Eerst in Almelo (via het spoor), later in Hengelo, op het terrein van Akzo (achter de puinbreker die binnenkort naar Enschede wordt verplaatst). Hij ziet en merkt als een van de eersten dat de A1 tot aan Oldenzaal volloopt. Overslagterminals zijn volgens hem de oplossing om de files te omzeilen. Hij wordt daarbij gesteund door Willem van den Heuvel die al vanaf 1987 bezig is. Eerst in Nijmegen, in 1995 kwam Den Bosch erbij, vijf jaar geleden werd de expertise van Van den Heuvel in Hengelo gevraagd en hij is nu bezig met de overname van een waterterminal langs de Maas ter hoogte van Venray, in Wanssum. Hij is (indirect) verantwoordelijk voor een niet onbelangrijk deel van het Nederlandse containervervoer over het binnenwater. “Het aantal klanten blijft groeien.

‘Heerlijk, een dag dat de ruit aan snelwegen rond Rotterdam dicht zit’

Het blijft een moeilijke weg, want het vervoer over water blijft een imago van langzaam transport houden.” En dat is het niet in de ogen van Van den Heuvel. “Ach die paar uurtjes. We praten over goederen die in een stroom zitten van dertig dagen naar of van het Verre Oosten. Waar gaat het dan nog over? Als een containerschip op zee vertraging heeft, hoor je niemand, maar vanaf Rotterdam moet het blijkbaar zo snel mogelijk op de plaats van bestemming zijn.”

Honkbalknuppel

De wal keert vanzelf het schip want bijkans zeven dagen per week en vrijwel 24 uur per dag rijdt vrachtverkeer als een aaneengesloten trein op de rechterbaan op de snelwegen van oost naar west en omgekeerd. “Heerlijk, een dag dat de ruit aan snelwegen rond Rotterdam dicht zit, dan hebben we het meeste plezier. Rond Rotterdam zit de grootste dichtheid van de containervoertuigen.” Het is de beste reclame voor Van den Heuvel die zelf regelmatig achter vrachtwagens (met container) aanrijdt om te achterhalen waar die naar toe gaan. “Ik moet weten waar mijn potentiële klanten zitten.” En als hij dan aan tafel zit en het lukt hem niet de verlader te overtuigen gebruik te maken van de overslagterminal, dan pakt hij soms een honkbalknuppel uit zijn tas. “Daarop staat ‘doorslaggevend argument’. Dat is de taal die in de logistieke sector wordt gesproken en ze moeten er gelukkig vaak om lachen.”

Kampen

In de afgelopen jaren zijn zo’n twintig terminals in Nederland gebouwd. En dat zijn er meer dan genoeg, het gros lijdt een marginaal bestaan. Dat is volgens Van den Heuvel voor een deel veroorzaakt door het subsidiebeleid.

‘Ik ben geen fan van ‘Kampen’, er is daar onvoldoende volume aanwezig’

“Er is in het verleden onvoldoende gekeken naar het noodzakelijke volume dat in een regio aanwezig is om een terminal kostendekkend te kunnen laten draaien. Je moet zaken ondersteunen die het goed doen. Wanneer je een terminal ziet die al jaren een armlastig bestaan leidt, zou je moeten stoppen. De steun en de infrastructuur zijn duur. De havenfaciliteiten, die damwanden, die terreinen zijn kostbaar en een openbare weg moet er ook door de overheid aangelegd worden.” Vooral de terminals die dicht bij Rotterdam staan, kunnen volgens Van den Heuvel nauwelijks renderen. “Hoe groter de afstanden binnen Nederland, hoe beter.” Ook bij de levensvatbaarheid van de terminal in Kampen zet Van den Heuvel vraagtekens. “Mijns inziens is daar onvoldoende volume aanwezig.” Hij formuleert voorzichtig, want de directeur (Gerard van Houweningen) van het vastgoed van de terminal in Kampen is dezelfde als van het vastgoed in Hengelo. Effen: “Hij weet dat ik geen fan ben van Kampen.”

Uitbreiding

Het aantal containers van en naar het verre oosten zal in de komende jaren alleen maar toenemen. In Twente heeft Bolk – die verantwoordelijk is voor het vervoer van en naar de bedrijven van de combiterminal – zo goed zijn best gedaan dat ‘Hengelo’ bijna vol zit. “We willen op korte termijn uitbreiden met een verlenging van de kade en een tweede kraan, daarmee kunnen we de capaciteit bijna verdriedubbelen. De potentiële klanten in de regio zijn er.” Die uitbreiding moet binnen twee jaar gebeuren, aldus Van den Heuvel, wil de zaak niet vastlopen. Het liefste op het terrein van Akzo dat toch in de komende jaren verder inkrimpt (en omdat de andere buurman geld ruikt en een veel te hoge vergoedingssom vraagt). Maar navraag bij de Hengelose Akzo-directeur Stuip leert dat Akzo niet zo’n haast heeft. “Op zijn vroegst in 2007 komt bij ons de grond vrij.” En in dat jaar willen Van den Heuvel en Bolk de uitbreiding gerealiseerd hebben. Wat wel al geregeld is, zijn de investeringsgelden (naar schatting vier miljoen euro). “Dat doen de aandeelhouders plus dat ‘Brussel’ subsidie voor onze plannen heeft.”

TEU

In de binnenvaart wordt gerekend met TEU’s: Twentyfooth Equivalent Unit. Er wordt 70.000 TEU tussen Rotterdam en Hengelo (en omgekeerd) per binnenschip vervoerd. Dat zijn pakweg 45.000 containers. Die ene kraan en de twee boten die continue heen en weer varen, zijn vrijwel continue in touw. En dat levert een omzet op van zes miljoen euro. Het is geen oneerlijke concurrentie, vindt Van den Heuvel, omdat de overheid zich niet met de exploitatie bemoeit (en dus ook niets afdekt). En dat was bij de Betuwelijn wel het geval, vandaar dat Van den Heuvel zich daar lange tijd tegen verzet heeft. “De Betuwelijn wordt natuurlijk toch een belangrijke vervoersdrager, of je er nu voor of tegen bent. Ik ben er van overtuigd dat we over een aantal jaren blij zullen zijn dat die lijn er ligt.” De Betuwelijn heeft het wel gehaald, het ambitieuze plan voor de bouw van ’s lands grootste combiterminal van water, weg en spoor (Valburg) is niet verder gekomen dan de tekentafel. “Politieke spelletjes waarvan ik niet goed op de hoogte ben.” Er komt daar nu een klein bedrijventerrein met een spoorterminal.

Vorige bijdrage

Ondernemerscafé Memphis te gast bij Expo on Horse op 29 november

Volgende bijdrage

Nummer 46

Jan Medendorp

Jan Medendorp

Jan Medendorp is gespecialiseerd (interviews, reportages, analyses, commentaren, columns) in sociaal- en financieel-economische onderwerpen, sport, politiek en human interest (voor krant, radio, televisie, maar ook bedrijfsfilms).

Nog geen reacties

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *