Cees Anker wilde hem als scout, Kick van der Vall praat stadion nu vol
‘Voor de tweede ring heb ik ook al een lijstje in mijn la’
Met Frans Thijssen en Arnold Mühren vormde hij halverwege de jaren zeventig een middenveld om van te smullen. Kick van der Vall (56) stond toen aan de basis van een ijzersterk elftal. De kleine technicus kon een bal over veertig meter op de centimeter nauwkeurig ‘op je stropdas leggen’. In 1998 keerde hij terug op verzoek van de toenmalige voorzitter Cees Anker. Die wilde hem als scout. ‘Laat mij het nieuwe stadion maar vullen’, zei hij brutaal. En hij kreeg het publiek weer op de banken. Of liever gezegd, in de dure business-seats. “Ik heb het doorzettingsvermogen gekregen van mijn vader, die was havenarbeider. ‘Kan niet, bestaat niet en wil niet, ligt onder het gras’, zei hij altijd. En hoewel Kick fysiek niet de allergrootste was, werd hij prof. De haven in, dat nooit!
Van der Vall is één van de drie Rotterdamse broers Van der Vall. Hij leerde voetballen bij HOV. Zijn vader kon trouwens ook een aardig balletje trappen, hij ging zijn zoon voor bij Feyenoord, bij de amateurs wel te verstaan. Zoon Kick voetbalde bijna twintig jaar voor geld (van 1962 tot 1981) bij Feyenoord, FC Twente, DWS een jaartje, opnieuw FC Twente en Vitesse. In 1972 had Las Palmas interesse, hij kon na afloop van een wedstrijd meteen een contract tekenen. “Dat was toen toch anders dan nu.” Spijt heeft hij niet, hij is niet zo’n spijtig type dat veel terugkijkt. Ook niet op zijn eigen carrière want hij wil absoluut niet de indruk wekken dat het vroeger beter was dan nu. Zoals hij ook geen spijt van zijn te lange vakantie op een Spaans eiland. Hij kreeg een telegram van Feyenoord dat hij ogenblikkelijk moest terugkeren. Hij deed net of hij het poststuk niet ontvangen had. Op Schiphol wachtte de legendarische Cor Kieboom (voorzitter) hem op. Niet erg vriendelijk.
352x voor Twente
Hij verliet Feyenoord omdat hij niet tot de basis doordrong. “Mijn eerste wedstrijd was uit tegen GVAV, nu FC Groningen. Ik kwam in het veld voor Bouwmeester.” Hij vertrok naar FC Twente om daar na een jaar al weer weg te gaan. Naar DWS. Hij kegelde FC Twente persoonlijk (door te scoren tijdens de reguliere speeltijd en de beslissende strafschop in te schieten; publieksvraag: wie scoorde de 1-1?) uit het toernooi. “Elftalbegeleider Olijve (toen centrale ritselaar) sloeg mij na afloop vriendschappelijk hardhandig om mijn oren en zei dat hij het seizoen erna weer terug wilde hebben.” En zo geschiedde. FC Twente (waar hij in totaal elf seizoenen onder contract stond) speelde in die tijd, de jaren zeventig, liefst zeven jaar achtereen Europees voetbal. In 1974 had FC Twente eigenlijk ook landskampioen moeten worden. De laatste jaren van zijn carrière sleet Van der Vall in Arnhem bij Vitesse. Hij speelde meer dan 500 wedstrijden in het betaalde voetbal, waarvan 352 voor FC Twente. En 47 Europacupwedstrijden natuurlijk.
Balletje stoppen
Voetballers worden betaald vanaf 1954, maar pas de laatste jaren worden ze er ook rijk van. Dat is Van der Vall niet overkomen. “Wat kregen we? Een basisloon van tien, twaalfduizend gulden. En premies, vijfhonderd gulden kan ik me herinneren. Europees was dat meer, dan kregen we 1300 gulden voor een overwinning in 1974. Dat was veel geld toentertijd.” In 1975 begon hij met een kledingzaak, Kicks’ 21, vernoemd naar zijn rugnummer. In 1997 was het levensfeest bijna over toen hij een zwaar auto-ongeluk kreeg. Hij knapte op en zocht een baantje toen Anker aanklopte. “Nee, ik ben geen trainer geworden. Ik ging naar de KNVB-cursus die werd gegeven door Toon Valks. Niets ten nadele van die man, maar ik moest een balletje passen en stoppen. Volgens mij kon ik dat al aardig en ik ben maar weer weggegaan.” Wel gaf Van der Vall zeventien jaar lang cijfertjes voor De Telegraaf. En hij speelde af en toe voor de oud-internationals, hoewel hij geen officiële interland achter zijn naam heeft staan.
Vroeger
Veel vertrouwen hadden Anker en de zijnen in 1998 niet in de commerciële kwaliteiten van Van der Vall, want hij kreeg een contract voor acht maanden. “Ik ging bedrijven bellen, uitnodigen, ik ging de hele regio door. Samen met mijn collega Betina ter Borg.” Zevenhonderdvijftig business-seats voor de TOS-club (vijf tot zeven mille per stuk) en voor de Gouden Aktie (drie mille) en 24 skyboxen werden aan de man gebracht. De ‘desicionmakers’ van nu zaten toen met een jaarkaart te genieten van Van der Vall. “Dat denk ik wel, want bijna overal waar ik kom beginnen ze over vroeger te praten.” Inmiddels kan de commerciële afdeling weer aan de bak, want links van de perstribune zijn 50 business-seats (op de rijen 14, 15, 16 en 17) geplaatst. Van der Vall en zijn collega’s zijn verantwoordelijk voor 20% van de begroting van 28 miljoen. “Nee, ik werk helaas niet op provisiebasis,” grijnst Van der Vall.
Kan niet, bestaat niet en wil niet, ligt onder het gras
TOS-dreamteam
De stoelen zijn verkocht, maar dat betekent niet dat Van der Vall een bruin leven heeft. Al in de jaren zeventig ontfermde hij zich samen met zijn maatje Epi Drost over nieuwe spelers. Dat doet hij incidenteel nog steeds. Zo maakte hij Grujic wegwijs. “Toon Renesse is elftalbegeleider, maar als het nodig is help ik natuurlijk. Als de spelers wat nodig hebben, regel ik dat meestal bij een sponsor. Nee, niet voor niets. Althans met het geld bemoei ik me niet, ik breng ze alleen in contact met elkaar.” Hij vangt op de wedstrijddag sponsors op, houdt in de Essentbox een openingspraatje en geeft de opstelling door. Zonder commentaar? “Nee, ik geef wel mijn mening als daar om gevraagd wordt.” En Van der Vall coacht ook het business-elftal (TOS-dreamteam) van FC Twente. Meedogenloos. “Als ze niet scoren haal ik ze eruit. We spelen een soort competitie met sponsors van De Graafschap, Heerenveen, NEC en NAC. We spelen hier altijd op het veld van de UT. Saillant detail, ook dat elftal wordt gesponsord. Door Umbro en Craft (Ado Huisman). “Ik train ze op de roltrappen van V&D,” grijnst hij. Je ziet het niet aan hem, maar het auto-ongeluk van 1997 (waar hij zwaar hersenletsel opliep) laat nog steeds zijn sporen na. Elke veertien dagen krijgt hij een paar injecties in zijn hoofd. “Nee, zelf spelen zit er helaas niet meer in.”
Oud-spelers
Er was altijd veel kritiek op het PR beleid van FC Twente ten opzichte van oud-spelers. “Ik word nog steeds jaarlijks bij Feyenoord uitgenodigd voor de reünie. En als ik kaarten wil, hoef ik maar even te bellen. Dat systeem heb ik ook ingevoerd voor alle voormalige spelers van FC Twente. Dat zijn er ongeveer zestig. Ze hebben allemaal een brief gekregen dat ze mij maar even hoeven te bellen en dan leg ik kaarten klaar. Zo zag ik pas Johan Zuidema weer eens. Dat vind ik leuk.” En Van der Vall beslist ook in overleg met andere aanwezige oudspelers wie man of the match wordt. De tweede ring, daar is het wachten op. “Die krijg ik ook vol, ik heb al een lijstje in mijn la liggen. Ik heb mijn huiswerk al gemaakt.” Dankzij Van der Vall zit het stadion weer vol. Voor een deel dankzij zijn voetbalhumor, de mooie verhalen. Wat er in de jaren zeventig in de kleedkamer gebeurde. Hoe trainers werden gefopt. U krijgt ze er gratis en voor niets bij. Als u tenminste een businessseat aanschaft.
Kick van Der Vall: Overal waar ik kom beginnen ze over vroeger te praten.
Nog geen reacties