D.W. Stork Twents ondernemer van de eeuw
Wie is de allerbeste ondernemer (geweest) van en voor Twente? Die man (ondernemende vrouwen zijn er helaas weinig, zeker niet in het verleden), die het meeste geld verdiende, de hoogste omzet behaalde of de beste marges realiseerde? Of is werkgelegenheid doorslaggevend, of maatschappelijke betrokkenheid? Het speelt allemaal mee ter beoordeling in deze (subjectieve) lijst. Waarom staat Geert Steinmeijer wel in deze lijst en Herman Hazewinkel niet? En nonondernemers als de Enschedese burgemeester Ko Wierenga en rector Harrie van den Kroonenberg wel? Vroegere textielbaronnen staan nauwelijks in de top 25. Het doorspitten van de archieven leert dat ze bijna allemaal uit waren op eigen gewin en van echt ondernemen nauwelijks kaas hadden gegeten toen het er op aan kwam.
Alleen over de winnaar waarschijnlijk geen discussie. Dirk Willem Stork richtte in 1868 in Hengelo een machinefabriek op, in 1892 nam zijn zoon, Dirk Willem, de leiding over die een zwaar stempel gedrukt heeft op de sociale en economische geschiedenis van Twente. Zo was hij bevriend met vele vooraanstaande politici en zakenlui in binnenen buitenland zoals de Zwolse staatsman Thorbecke. Al voor de eeuwwisseling voerde Stork een zeker in die tijd uitzonderlijk sociaal beleid. Hij realiseerde zich dat het welzijn van de arbeiders een bedrijfsbelang is; met (het is 1883!) een soort ondernemingsraad, De Kern genaamd. Er was een zieken- en pensioenfonds en een spaarfonds. Er waren culturele avonden voor de arbeiders. En zelfs een personeelsblad: de Stork Fabrieksbode. De fabriek liet voor arbeiders, beambten, bazen en directeuren de nog steeds prachtige wijk Het Tuindorp met natuurzwembad aanleggen. Stork was bevriend met de arbeiderspriester Alphons Ariëns, die vooral ten strijde trok tegen de barre omstandigheden in de Twentse textielfabrieken. Als je niet deugde dreigde de baas je met verbanning naar een textielfabriek. ‘Dan moet je maar wever worden’. Dat was voor iedere Storkiaan een vernedering. Stork richtte precies 100 jaar geleden de Vereeniging van Nederlandsche Werkgevers (NCW), de voorloper van de huidige VNO-NCW, op. Met die vereniging wilde hij als oprechte liberaal de staatsbemoeienis inperken, omdat Stork vond dat fabrieken zelf goed voor hun personeel konden en moesten zorgen. Ook was Dirk Willem betrokken bij de Twentsche Bank in Hengelo, de voorloper van ABNAMRO. Ook in de 21e eeuw telt Stork nog mee. Het is alleen de vraag of dat nog lang in Hengelo zal zijn…
2. D. Wessels, heeft het bouwbedrijf van zijn vader op een fantastische manier uitgebouwd tot een toonaangevend imperium (dankzij de fusie met Volker Stevin die volgens ingewijden vooral te danken is aan Herman Hazewinkel, maar goed, wie heeft HH benoemd?), dat werk geeft aan duizenden mensen. Is met zijn investeringsbedrijf Reggeborch socialer en meer maatschappelijk betrokken dan velen (willen) weten. Communicatief slecht.
3. F. Fransen, die Arke uitbouwde tot een internationaal reisconcern waar de werknemers met hem wegliepen, maatschappelijk wellicht een van de actiefste ondernemers met zijn eigen bedrijven zoals Agfra Holding. Heeft met de verkoop van zijn bedrijf aan TUI (wat later tot de fusie met Holland International leidde) een betere beslissing genomen dan dat hij zelf op dit moment vermoedt.
4. T. de Groen, liet een geweldige bierbrouwerij achter, zijn zoon bracht het naar de beurs maar met onvoldoende toekomstvisie, waardoor zijn opvolger(s) nog steeds zoekende zijn. Wat weer leidde tot mislukte buitenlandse avonturen en daardoor nu met stip op de internationale lijst voor overnames. Komst nieuwe brouwerij behoudt werkgelegenheid voor Twente. De Groen zelf probeerde ooit een zetel te krijgen in Europees Parlement via Lijst De Groen. Gelukkig mislukt.
5. J. ter Haar, die het busbedrijf OAD uitbouwde tot een internationaal touringcarbedrijf met allure. Kan veel hoger op de lijst komen als hij de goede toekomstbeslissing neemt. Wees recentelijk overnames in Twente puur op emotionele redenen af. Hij zit in veel besturen en organen.
6. J. Albertingk Thijm, als directeur van Ten Cate wist hij in de jaren zestig en zeventig de afbraak van de textielindustrie af te weren door nieuwe producten te ontwikkelen zoals de surfplank en oeverbekleding. Hij voerde een modern sociaal beleid en was maatschappelijk zeer actief. In dat kader kunnen ook Kroeze en Raaijmakers genoemd worden.
7. A.J. ter Steege, volstrekt ten onrechte nog onbekende bouwer (uit waar anders dan uit Rijssen), zit in veel besturen, masseert veel achter de schermen en investeert veel in het eerste grote probleem van de 21ste eeuw: de herintreding van arbeidsongeschikte werknemers.
8. H. van der Most, die het sprookje van krantenjongen tot miljonair weer nieuw leven inblaast. Is inmiddels de pretkoning van Nederland. Zijn onorthodoxe manier van werken, zijn werklust en ondernemingsdrang zijn ongekend en onnavolgbaar. Wordt naar mate hij ouder wordt behoedzamer en bedachtzamer, wil ‘wat’ achterlaten. Hij heeft veel laag geschoolden aan werk geholpen. Verdient geen navolging, maatschappelijke inbreng is niet gewenst, maar staat op deze plaats om wie hij is.
9. J. Haverkort, van het gelijknamige innovatieve bouwbedrijf uit Vroomshoop die zijn mensen op waarde schat aan wie hij zijn bedrijf feitelijk heeft weggegeven. Komt nooit negatief in het nieuws.
10. J. Van der Lof, stichter Twentsche Kabelfabriek in Haaksbergen dat tot op de dag van vandaag een sterk bedrijf is. 11. B. van Leersum, dankt zijn schaapjes op het droge aan Kroon Oil, een bedrijf waar hij zijn beste jaren aan gaf, daarna stak hij zijn ziel en zaligheid aan de ontwikkeling van Twente als voorzitter van de Kamer van Koophandel.
12. G. Steijnmeijer, leek in het begin op een ordinaire raider, maar ontpopt zich als een bedrijvenredder met visie bij wie werkgelegenheid, een nieuwe textielvisie en stijl (dankzij Jan de Bouvrie) in goede handen is. Moet zich in de komende tijd nadrukkelijk maatschappelijk bewijzen om deze hoge positie waar te maken.
13. H. van den Berg, bezorgde het Avonturenpark Hellendoorn (na een uiterst moeilijke beginsituatie) nationale en internationale faam. Maatschappelijk bewogen.
14. G. ter Beek, van Bolletje. Komt inderdaad alleen voor beschuit eruit, is zeer, zeer, zeer publiciteitsschuw. Lag in verleden veel overhoop met de vakbonden, maar desondanks staat er nu een mooi bedrijf. Ter Beek stuurt tegenwoordig zelfs zijn managers erop uit om in maatschappelijke organisaties hun partijtje mee te blazen.
15. De Enschedese burgemeesters Wieringa en Thomassen, verdienen een plek op deze lijst, want zonder hen had Twente als ondernemersregio er heel anders uitgezien. Zij hebben een zeer belangrijke rol gespeeld bij het doortrekken van de rijksweg A1 en de komst van de Universiteit Twente. Waren maatschappelijk zeer actief.
16. A. van der Laan, heeft een onmetelijk vleesimperium gebouwd, is sociaal bewogen, maar onnodig wantrouwig van aard. Hij heeft goede ideeën om de Nederlandse vleessector te reorganiseren, een PR-probleem maakt hem onbekender dan zou moeten. Zou veel meer voor Twente kunnen betekenen.
17. G.J. Van Heek, die het van alle textielboeren nog het langste volhield, maar die zijn hoge notering vooral dankt aan de oprichting van het Rijksmuseum en Heidemij en niet zozeer aan zijn sociale gezicht.
18. G. Sanderink, vindt in de automatiseringsbranches blindelings zijn weg, als mens onovertroffen, als ondernemer vooral in het westen actief. Minpunt: wordt buiten zijn werk nergens dan op zijn boerderij gesignaleerd.
19. F. Hartman, kreeg vooral bekendheid door zijn extravagante huis met zwembad op de eerste verdieping en gouden deurklinken. Wat allemaal te danken is aan zijn mooie, ook internationale vermaarde tuinmeubelen. Was maatschappelijk sterk betrokken (vooral bij FC Twente) maar zijn paternalistische houding deed sterk denken aan de tijd van de textielbaronnen. Stapelde in zijn keuze voor zijn opvolging fout of fout. Met Douma is rust en ondernemingsgeest teruggekeerd.
20. H. van den Kroonenberg, rector van de UT die het begrip ondernemende universiteit introduceerde, hij stond aan de basis van bij voorbeeld het BTC. Met de komst van Van Vught lijkt die draad weer te zijn opgepakt.
21. J. Schreur, toonde veel ondernemingsgeest en vechtlust, hij startte in een schuurtje met de verkoop van zijn salades (Johma), het groeide uit tot een groot, mooi, sociaal concern op de rand van Nederland. Een nieuwe poging met Profood haalde veel van zijn glans weg.
22. F. Sickinge, is de boeken ingegaan als de man die Stork redde, met veel leed gepaard gaande (McKinsey-ingreep) ombuigingen realiseerde, waar Stork tot op de dag van vandaag de vruchten van plukt.
23. D. Zinkweg, maakte van transportbedrijf Bleckmann in Oldenzaal een prachtig bedrijf. Is te lang doorgegaan. Daarna actief als sportvlieger en directeur op de luchthaven, die zonder hem met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid nu gesloten zou zijn.
24. Familie Van Merksteijn, fraai staalbedrijf met veel sociale en maatschappelijke problemen. Ma schijnt nog steeds de baas te zijn en zoon Peter is vooral actief met mooie blondines op de race-baan. Vorig jaar genomineerd voor Innovatie Award.
25. Jan en Paul Baan, zeer bekende ITondernemers uit Rijssen, zonder hen is deze lijst incompleet, maar dan wel op de laatste plaats omdat ze in Twente nauwelijks of niets hebben ondernomen.
Nog geen reacties