Hennie Kuiper
Nee, ik heb absoluut geen ruzie met Hennie Kuiper, maar de verstandhouding is ook niet optimaal. Ooit waren we bijna buren, ooit fietsten we heel regelmatig. Omdat ik geen goede kennis meer ben van Kuiper, heeft mijn vader zo ongeveer geen zoon meer. Mijn vader is namelijk helemaal idolaat van Kuiper. Kuiper kan niets verkeerd doen. Toen ik nog af en toe bij Kuiper thuis kwam, zag mijn vader dat als een soort voorportaal van de hemel.
Je bent voor of tegen Kuiper, je bent voor of tegen het wielrennen, zo ziet Kuiper het zelf althans. Als je vragen stelt over doping, ben je tegen wielrennen en tegen Kuiper. Zo ervaart mijn vaders idool dat.
Kuiper had er tussen moeten rijden deze zomer, tussen al die winnaars van de Tour. Dat vindt hij zelf ook, maar hij schreeuwt het niet van de daken. Hij is geflikt door Thevenet die een paar jaar na zijn overwinning (1975, en 1977 – toen werd Kuiper tweede) gemakkelijk toegaf dat niet alleen gedaan te hebben op een bruine boterham met brie. ‘Eis die overwinning op’, heb ik Kuiper gemaand. Maar hij weigerde zoals Rooks dat jaren na hem weigerde toen Delgado een fietsend infuus bleek te zijn. Rooks heeft zijn hart in een boekje van Smeets inmiddels leeggestort. Mijn vader wil mij na het lezen van de volgende zin helemaal nooit meer zien: ik durf voor Kuiper mijn hand niet in het vuur te steken.
Zoetemelk, Knetemann, Rooks, Thevenet, Merckx, Hinault, ze gebruikten allemaal stimulerende middelen.
Mijn relatie met Kuiper heeft een nieuwe knauw gekregen. Ik heb het gore lef kritiek te hebben op de Rabobank. Zonder de Rabobank als sponsor zou het Nederlandse wielrennen er anders uitzien, laten we ze dankbaar zijn, zeggen de wielerliefhebbers. Ik vind die Harold Knebel, die kale Rabo-manager, een zak hooi. Een man die elke avond een hapje van zichzelf neemt, mmmmmm. Een paar jaar geleden organiseerden de Rabobanken in Twente een feestje voor hun rijke klanten. Knebel (toen nog ergens chef of directeur bij die boerenbank) had geen zin en tijd, tot hij hoorde dat Zalm in Hengelo een spreekbeurt zou houden. Ineens stond hij ook op het podium. En slecht. En arrogant. En sinds hij Theo de Rooij een oor aannaaide, word ik letterlijk onpasselijk van hem. De laatste keer was bij het Ordina-tennistoernooi waar hij zich erg luid liet fêteren, ik heb zeker een kwartier in de toiletpot gehangen.
Kritiek op Knebel is kritiek op Rabo is kritiek op het wielrennen is kritiek op Kuiper (die elke zomer voor veel geld gasten van de bank chauffeert en verhalen uit de oude doos vertelt, als die nitwits tenminste weten wie Kuiper is; ooit zei zo’n belangrijke nerd tegen Rob Harmeling, ‘u weet er wel een hoop van, heeft u zelf ook gefietst?’, en met dat soort types moeten die mannen dus rondrijden). Ik heb deze week nauwelijks gekeken naar de Vuelta in Nederland, bang dat die zak hooi tevoorschijn kwam. Hij zal me wantrouwig blijven aankijken, maar Kuiper had tussen al die Tour-winnaars moeten staan afgelopen zomer.
Nog geen reacties