Wat bezit Dik Wessels nou inmiddels volgens de kranten?

Mensen met heel veel geld en mooie vrouwen hebben met elkaar gemeen dat anderen zich in hun omgeving vreemd gaan gedragen. Buikje inhouden, popie-jopie doen. Misschien valt er wat te halen.
Tuurlijk ben ik jaloers op Dik Wessels. Wat bezit hij nou inmiddels volgens de kranten? Twee, drie of zes miljard? Dan hoef je je niet echt druk meer te maken of de hypotheek deze maand weer opgehoest kan worden.

Ik ken een paar van die jongens met heel veel geld persoonlijk. Per ongeluk. Sta ik soms mee langs het lijntje bij een wedstrijd, eet ik een harinkje mee in de keuken, of ze gaan mee naar de kroeg. Ze kunnen alles krijgen en kopen en toch missen ze wat.

Ik heb zo’n medelijden met die gasten omdat zelden iemand normaal tegen hen doet. Ik ken gerespecteerde ondernemers die in de buurt van Holterman (directeur van investeringsmaatschappij Reggeborgh) ineens papegaaien worden, ja-knikkers, die zich om elke grap automatisch ondersteboven lachen.

Echte hoeren heb ik dan nog liever. Die verkopen alleen hun lichaam, niet hun ziel.

Ik probeer me verre te houden van mensen voor wie alles om geld draait.

Met het schrijven van jaarverslagen voor bedrijven, het geven van mediatrainingen, het in elkaar zetten van folders, en dat soort werk, zou ik met een jaar of tien, vijftien (schat ik) miljonair kunnen worden.

Niet door het schrijven van deze columns; niet alleen levert het nauwelijks wat op, u zult begrijpen dat bij voorbeeld Pim Polman mij niet vraagt als voorzitter bij zijn businessclub.

En zo zijn er inmiddels meer na vier jaar Moordkuil en mijn werk als journalist in het oosten des lands.

De plaat voor mijn kop en mijn echte vrienden zorgen dat ik het toch naar mijn zin heb.

Onlangs bleek dat een paar strijdmakkers met wie ik kroegbazen rijk maak, voetbalwedstrijden becommentarieer, die mij afdekken als ik ergens ben blijven plakken, die ik om advies vraag bij mijn werk, die met mij Paars II uitputtend analyseren, op wie ik kortom vertrouw, toch ook niet meer voldoende hebben aan vooral geestelijk inkomen.

Ik zit stuk.

Ik wil niet leven in een wereld van World Online en Peter Stuyversant.