Nummer 10

Nog maar een paar maanden geleden was Arke Pollux in Oldenzaal op sterven na dood. Een damesvolleybalteam dat Europa moest veroveren struikelde onderweg. Voorzitter Wim Hulleman had toen de tranen in de ogen, missie mislukt! Arke leek als hoofdsponsor af te haken, en andere bedrijven stonden niet te trappelen veel geld te fourneren. En het aantrekken van een nieuwe spelverdeelster, niet geheel onbelangrijk bij het volleybal, lukte ook maar niet. De beste speelster (Wensink, Blom) bleven bij Gods gratie. En toen viel de puzzel ineens op zijn plaats. Ze werden kampioen, en dit seizoen staan ze zelfs in de Final Four, zeg maar de halve finale en wellicht finale van de UEFA-cup voor volleybalsters. Omdat ze in Oostenrijk een paar maanden geleden niet alleen wedstrijdjes in Nederland wonnen. Mentaal maakte het team een enorme sprong: wij hoeven voor niemand bang te zijn.

En wat hebben ze nu weer een praatjes in Oldenzaal. Hulleman rept over een begroting die in drie jaar moet stijgen naar 460.000 euro. Pollux wil serieus meedoen in de Champions League. Dit jaar was er een behoorlijk tekort, maar dat geheel terzijde.

Arke blijft hoofdsponsor, Ferdinand Fransen – adviseur van TUI-topman Frankenhuis – heeft het zelf gezegd. En dan staat er ineens een driedelig pak op dat vertelt hoe de wereld eruit ziet. \’Oldenzaal is het centrum van Europa\’, die gek zei het echt. Hij vindt het geil om op tv te zijn, dát moet hij zeggen. Geen euro kon hij toezeggen en dat Arke hoofdsponsor blijft, is echt nog lang niet zeker.

Als Pollux met de beker terugkomt staan al die gasten weer te draaien om die meiden. De politiek voorop. Daar staan ze weer, die lange burgemeester Cammaert, die onderkoning Lempsink. Lamzakken zijn het. Dwarsliggers. En maar jubelen bij successen. “Jullie zijn zó belangrijk voor Oldenzaal.” Rot toch op. Dat topturnen hebben ze de nek omgedraaid, Pollux heeft alleen maar last van die kutbestuurders in het gemeentehuis, net als de voetbalclub Quick\’20.

En als Pollux beide wedstrijden dit weekeinde in Bern verliest, kan er nog geen telefoontje af bij die opportunisten.