Twentevisie Jaargang 12, 2000

Blydenstein-Willink concentreert zich op hightech raambekleding

‘Investeringen van 40 miljoen gaan renderen’

Directeur Ad Verkuyten van Blydenstein-Willink heeft met Versol goud in handen. De tientallen miljoenen aan investeringen worden in de komende jaren terug verdiend; daar is hij heilig van overtuigd.

Ad Verkuyten (49) is een man van uitersten. Hij leidt Blydenstein- Willink sinds 1 januari 1993, het beursgenoteerde. Zo’n notering geeft een bepaalde uitstraling, anderzijds geeft hij zelden of nooit uitgebreide interviews. Verkuyten oogt als een statige zeer formele man. Maar als het gaat over zijn oogappeltje Verosol, dan is hij bijna niet meer te stuiten van enthousiasme. Bij zijn vorige baas Gamma Holding hield hij zich onder meer bezig met de Hatéma-winkels. Inmiddels is besloten dat voor dochterbedrijven Lakatex en BW Industrial “definitieve oplossingen worden bedacht.” En dat is directeurentaal voor desinvesteren of onderbrengen in een joint-venture. Verosol is kortom de toekomst van Blydenstein- Willink.

In de acht jaar dat Verkuyten aan het roer staat bij Blydenstein-Willink was de ‘performance’ van het concern niet om over naar huis te schrijven. Dan weer eens een klein winstje, dan weer verlies, dan weer een reorganisatie zus of een verhuizing van het hoofdkantoor van Hengelo naar Goor en dan weer fikte de zaak van een grote klant (9,5 miljoen aan orders) tot op de fundamenten af. De netto-omzet van het in de jaren vijftig zo roemruchte concern varieerde de afgelopen vijf jaar tussen de 45 miljoen en 52 miljoen Euro. Kortom, nooit echt feestgeluiden. “Ik ben ook niet zo’n party-man,” zegt Verkuyten afgemeten. “Blydenstein-Willink is in de afgelopen jaren behoorlijk veranderd. Toen ik kwam, draaide het bedrijf vooral op textieldrukker Lakatex in Goor. De golfbeweging van deze markt is bijzonder moeilijk te managen. De afgelopen jaren daalde de omzet van Lakatex. We hebben toen gekozen voor technische vernieuwingen in de textielprint zoals speciale coatings waardoor bij voorbeeld viltstift-bestendige horecatextiel wordt gemaakt. We kunnen ook een geurtje aan het product toevoegen. Dat slaat aan, want Lakatex heeft tot in 1999 als enige textieldrukker van Nederland steeds met winst gedraaid.”

Saneren voor wie?

Vrijwel iedereen in de sector vindt dat er sprake is van overcapaciteit. Verschillende textielondernemers hebben plannen gemaakt om de textieldrukkers te saneren en te laten fuseren. Verkuyten is sceptisch: “Lakatex is mijn ogen is één van de allerbeste textieldrukkers van Nederland. Dit jaar is er voor het eerst verlies geleden. En we hebben maatregelen genomen die succes lijken te hebben. Ja, ik weet ook wel dat textieldrukken op andere plaatsen op de wereld goedkoper kan. Het gaat in deze sector uiteindelijk allemaal om de marketing en creativiteit, het design, en ik vind dat we dat spel goed spelen. Lakatex opereert nu in een niche-markt met die technische hoogstandjes.” “Iedereen in de markt spreekt inderdaad over overcapaciteit en saneren. De mondiale markt is vijf miljard meter. Wij drukken ongeveer 5 miljoen meter. Dat is omgerekend 0,1%. Voor wie moet ik saneren dan? Onlangs werd één van de allergrootste Europese textieldrukkers met een omzet van 130 miljoen gesloten. Ik merk er niets van. Er zijn goede mogelijkheden voor Lakatex, we zoeken nu naar schaalgrootte, maar niet door een fusie met een concurrent. Ik vind het belangrijker om in de verticale lijn te zoeken. Dat betekent dat ik samenwerking zoek met belangrijke distributiepartijen.”

Je moet niet vragen: waarom zit je op de beurs? Ik constateer dat we al sinds 1953 op de beurs zitten!

Etalage

BW Industrial (Winterswijk) was de divisie die te kampen had met het wegvallen van een grote klant. Het bedrijf richt zich op het ontwerpen, weven, en veredelen van hoogwaardig technisch textiel voor industriële toepassingen zoals transportbanden, filterdoek en zeildoek. “Het bedrijf is na een paar aanpassingen gezond. We hebben geen zorgen voor de komende twee jaar, er is genoeg volume. Voor de tijd daarna maak ik me wel zorgen. Het bedrijf is te klein van omvang. Ik zie BW Industrial het liefst gekoppeld aan een groot technisch textielbedrijf in zelfde omgeving, zodat bijvoorbeeld synergie voor inkoop kan worden bereikt.” Kortom, Lakatex en BW Industrial staan in de etalage. Ook al omdat Verosol draait als een trein en alle tijd en middelen opeist om door te stomen. “U stelt het altijd zo scherp. Ik zeg u dat we ons beraden over de bedrijven waarmee we niet door willen. En er zijn nog geen besluiten genomen. Er vinden wel gesprekken plaats. En inderdaad we hebben middelen nodig om in potentiële exportlanden voor Verosol te acquireren om toegang tot die markt te krijgen. Daarvoor hebben we alle aandacht nodig. Maar maakt u zich geen zorgen, Verosol wordt momenteel uitstekend geleid, daar hebben ze mij niet expliciet bij nodig.”

Toptextiel

Goed, de toekomst is dus Verosol. Bij Blydenstein- Willink zagen ze een jaar of vijf geleden dat het grote geld te verdienen zou zijn in de ergonomische raambekleding. Dus niet in leuk bedrukte lamellen of geinige rolgordijnen. “Die markt is eigenlijk alleen nog weggelegd voor de heel grote spelers zoals Hunter Douglass. Om in Amerika mee te doen moesten we 35.000 ‘stalen’-boeken maken die 200 dollar per stuk kosten. Dat zijn zulke investeringen…” Vervolgens werden de aandelen van de partner in de joint-venture (Nichibei) helemaal overgenomen. Verosol houdt zich bezig met warmte- en lichtwering voor beeldschermintensieve kantoren. Inmiddels hebben heel veel openbare gebouwen (inclusief vrijwel alle ministeries) de raambekleding van Verosol. Het geheim zit hem in het verdampen van metaal op textiel. “De arbo-wetgeving op kantoren veroorzaakt een enorme groei.” Bovendien kan de warmte tussen de ramen en de raambekleding worden weggezogen en in de wintermaanden weer worden gebruikt. Zelfs met een infraroodkijker kan niet door het Versol-doek worden gekeken. Het doek is bacterievrij wat ook weer zo zijn voordelen heeft. Angst dat de concurrentie het snel kan namaken, heeft Verkuyten niet: “We zijn de enige die dat kunnen, dankzij een kennisvoorsprong van vier, vijf jaar. We hadden vroeger een uitval van 25%, dat is teruggedrongen tot 15%. Je moet het proces tot in de puntjes beheersen. We hebben onlangs een tweede metalliseerketel op onze instructies laten bouwen. En de maker heeft toegezegd de kennis niet door te verkopen.”

Wij drukken 5 miljoen meter, dat is 0,1% van de markt; voor wie moet ik saneren dan?

Beursnotering

In de afgelopen vijf jaar heeft Blydenstein- Willink ongeveer 40 miljoen geïnvesteerd, waarvan 25 miljoen in de nieuwe fabriek met metalliseerketel voor Verosol. Het wordt tijd voor rendementen. “Dat is een open deur. De investeringen bewijzen zich al; zonder investeringen verlies je het zeker.”

De vruchten worden in de komende jaren geplukt, is Verkuyten van overtuigd. Zeker als hij straks geen zorgen om BW Industrial en Lakatex meer heeft. Houdt Verkuyten dan een beursnotering aan? “We hebben daar nog geen standpunt over. Je moet niet vragen: waarom zit je op de beurs? Ik constateer dat we al sinds 1953 op de beurs zitten! En ik weet niet of we een beursnotering houden. De toegevoegde waarde is de bekendheid naar relaties zoals leveranciers en klanten. Ook bij het aantrekken van personeel is het een voordeel heb ik gemerkt. Dure PR? Ach, advertenties zijn ook niet goedkoop. Nee, het is zeker geen ijdelheid van mij om te kunnen zeggen dat ik directeur van een beursgenoteerd bedrijf ben, zo goed kent u mij intussen toch wel, hoop ik.”

Vorige bijdrage

Commentaar: Beursnotering was chique

Volgende bijdrage

Defensieminister Frank de Grave weet niets van sluiting vliegbasis

Jan Medendorp

Jan Medendorp

Jan Medendorp is gespecialiseerd (interviews, reportages, analyses, commentaren, columns) in sociaal- en financieel-economische onderwerpen, sport, politiek en human interest (voor krant, radio, televisie, maar ook bedrijfsfilms).

Nog geen reacties

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *