Nummer 4
Soms weet je pas hoe goed iemand was als hij weg is. Rob van der Hoeven was de afgelopen vier jaar hoofdofficier van justitie in Almelo. Zeg maar de baas van het openbaar ministerie in het oosten des lands. Om gezondheidsredenen vertrekt hij, hij gaat op verzoek van het college van procureurs generaal proberen lijn te brengen in allerlei ministeriële inspectiediensten (zoals de AID). Een man die zelf agent is geweest en weet wat er leeft onder de mensen, normaal Nederlands praat en niet alleen thuis een mening heeft. Wat een openbaring om eens met zo’n vent te praten. Ik vraag me alleen af waarom het openbaar ministerie zo’n kanjer de afgelopen vier jaar vooral binnenshuis heeft gehouden. Als hij wat uitlegt, begrijp je het en heb je bij wijze van spreken automatisch begrip voor het stuklopen van sommige zaken. Maar nee, de pers krijgt altijd officieren van justitie voor de microfoon bij wie als gevolg van 179 mediatrainingen alleen nog formeel standaardgeneuzel te horen is.
Bij de Almelose rechtbank loopt nog een man rond die wat kan, Jaap Inden. Hij wordt gelukkig wel ingezet als zogenaamde persrechter om tekst en uitleg te geven. Rustig, kalm, integer, verstand van zaken, goed formulerend. Hij moet alleen uitkijken dat een aantal dolgedraaide collega’s tijdens achterkamertjesoverleg waar hij toevallig niet voor uitgenodigd was, rare beslissingen neemt. Zijn rechtbankpresident heeft bij zijn promotie zo’n beetje als eerste officiële daad deze krant in de ban gedaan. Need I say more…
Henk Bijker, waar ben je met je nasale ietwat saaie stemgeluid? Tot voor kort was hij de baas van het Medisch Spectrum Twente. Hij was niet perfect, maar hij was aanspreekbaar, niet bang en met een mening. Als de patiëntenraad tegenwoordig met de directie discussieert, wordt een externe gespreksleider ingehuurd omdat de directie anders niet eens serieus met die zieke zeikers wil praten. En met een onafhankelijk gespreksleider in de zaal zweet de nieuwe man Ramaker peentjes. Als je zijn CV bestudeert blijkt dat de enige reden van zijn benoeming kan zijn dat hij uit Enschede komt. “Ik ben voor openheid”, zei hij bij zijn aantreden. Nadien heeft hij zich teruggetrokken op zijn kamer, telefoonstekker eruit en regeert hij vooral via memootjes. Een flapdrol dus.
Het MST heeft ruzie over de vestiging in Oldenzaal, daarover heeft deze krant nog niet zo lang geleden een fraaie analyse geschreven. De mensen die het ziekenhuis willen openhouden manipuleren de waarheid. De MST in de persoon van een zekere Hampsink doet inmiddels exact hetzelfde. De naam van Dik Wessels wordt te pas en vooral te onpas gebruikt als weldoener. Ik heb Wessels zelf maar eens gebeld: hij wordt doodziek van alle onzin, krijgt nauwelijks informatie en hij stopt zeker geen eigen geld in de Oldenzaalse dependance. Alleen is zijn bedrijf in Nederland aan het onderzoeken of het Engelse model van exploitatie van ziekenhuisgebouwen kan worden overgenomen. Punt.
Nog geen reacties